Verwarm de oven voor op 250ºC hetelucht en vet de bakvormpjes of een muffinvorm in met bakspray. 

Rol het bladerdeeg uit tot een grote plak van ongeveer 20 x 30 cm. Strijk de plak in met beetje water en rol de plak op tot een grote rol. Snij de rol in 10 gelijke stukken. Leg het bladerdeeg in de ingevette bakvormpjes en maak nu met je vingers van elk rolletje een kommetje/nestje. Zet het deeg vervolgens in de koelkast. 

Zet een pannetje op het vuur met melk met een kaneelstokje en het merg van een vanillestokje. Doe in een klein kommetje de custard poeder met een beetje melk. Roer het goed door tot een papje. 
Doe het custard papje terug in het steelpannetje en roer tot er een banketbakkersroom ontstaat. Haal het van het vuur af en laat het eventjes staan. 

Verwarm de suiker met 75 gram water in een nieuwe steelpan tot karamel. Blus de karamel af met 75 gram water en 20 gram roomboter. Roer het goed door. 

Haal het kaneelstokje uit de banketbakkersroom en voeg de helft van de karamel (op gevoel) samen met de eidooiers toe aan de banketbakkersroom. Roer het goed door tot een dunne custardroom. 

Haal de bladerdeegbakjes uit de koelkast en druk ze nog een keer goed door naar de zijkant uit. Zorg dat het duidelijke bakjes zijn. Giet de dunne custardroom in de vormpjes.

Bak de vormpjes minimaal 15 minuten tot ze een klein bruin laagje hebben. Strijk de pasteis na het bakken voorzichtig af met een beetje karamel en laat ze op een rooster afkoelen. 

Bestrooi de pasteis met een beetje poedersuiker om te serveren.

Smakelijk!